Nieuwe methode voor het maken van vogeldichtheidskaarten

Van Donk kaarten 2024

Op deze pagina vindt u een samenvatting van het onderzoek met uitleg over hoe de resultaten gebruikt worden. U kunt ook direct doorklikken naar het rapport:

Seabird maps of the North Sea - methodology description (pdf, 3.8 MB)

Aanleiding onderzoek

In het Kader Ecologie en Cumulatie (KEC) worden de effecten van aanvaringen en habitatverlies als gevolg van de bouw van windparken op de Noordzee op zeevogels gekwantificeerd. De omvang van het effect van aanvaringen en/of habitatverlies , is onder andere afhankelijk van de dichtheid waarmee een bepaalde vogelsoort voorkomt in een gebied waar een windpark zich bevindt.

Om het effect van aanvaringen en habitatverlies te bepalen worden dichtheidskaarten gebruikt. Dichtheidskaarten zijn kaarten die de verspreiding van een bepaalde zeevogelsoort op de Noordzee, voor gebruik in KEC twee maandelijks, weergeven. De huidige kaarten zijn gemaakt op basis van interpolaties van visuele surveys, waarbij tellingen worden gedan per schip of per vliegtuig. Deze methodiek heeft een aantal beperkingen:

  • Er is geen inzicht in de mate van statistische onzekerheid (en daarmee de betrouwbaarheid) van de kaarten;
  • Er is een verschil in de gebruikte data voor de nationale en internationale kaarten;
  • Er zijn afwijkingen en variaties in de aantallen geobserveerde vogels door een verschil in telinspanning in ruimte en tijd.

Uitkomsten

Daarom is het idee ontstaan om kaarten te ontwikkelen via een nieuwe methodiek. Bij deze methodiek is gekeken door middel van expert judgement en literatuur onderzoek gekeken welke omgevingsfactoren sturend zijn voor de verspreiding van een groot aantal van de voor Wozep relevante zeevogelsoorten op de Noordzee. Op basis van deze factoren zijn kaarten met de verspreiding van de vogels over de Noordzee gemodelleerd. Het voordeel is dat inzicht in de statistische onzekerheden van de kaarten verkregen wordt. Daarnaast is er geen directe afhankelijkheid meer van telinspanningen, waardoor er afwijkingen kunnen ontstaan. Daarbij bieden de gekozen sturende omgevingsfactoren, die aan de basis liggen van het model, belangrijke inzichten in welke parameters of kennis er nodig is om nog beter te begrijpen waarom vogels zich waar bevinden.

Deze dichtheidskaarten op basis van omgevingsfactoren zijn ontwikkeld voor de volgende soorten:

  • Zilvermeeuw Larus argentatus
  • Kleine mantelmeeuw Larus fuscus
  • Grote mantelmeeuw Larus marinus
  • Drieteenmeeuw Rissa tridactyla
  • Grote jager Stercorarius skua
  • Alk Alca torda
  • Zeekoet Uria aalge
  • Grote stern Thalasseus sandvicensis
  • Jan-van-gent Morus bassanus
  • Noordse stormvogel Fulmarus glacialis
  • Papegaaiduiker Fratercula arctica
  • Roodkeelduiker Gavia stellata

Gebruik

Deze kaarten worden gebruikt in de nationale berekeningen die gedaan worden in het kader van het KEC 5.0 en zullen vanaf nu worden benoemd als de ‘Van Donk kaarten 2024’. Door deze kaarten te gebruiken wordt er uit gegaan van een verspreiding van vogels waarin dus een kleinere waarnemers-afwijking zit en waarbij er meer duidelijkheid is over de model onzekerheden.

Daarbij bieden deze kaarten een goede basis om op door te bouwen wanneer er nieuwe kennis beschikbaar is over de gerelateerde relevante omgevingsfactoren of uit tellingen. Ook zijn de gekozen omgevingsfactoren een link in de ecosysteemmodellering. Tevens zouden, indien gewenst, van nog andere soorten kaarten kunnen worden ontwikkeld. Vanuit Wozep zullen we beoordelen of dit mogelijk en gewenst is.

Zowel de kaarten als de methodiek kunnen door andere partijen worden gebruikt. Het zou positief zijn als volgens een vergelijkbare methodiek kaarten worden ontwikkeld in andere Noordzeelanden. Er is inmiddels interesse vanuit NSEC in de kaarten.

Meer rapporten over zeevogels zijn te vinden op: Vogels rapporten - Noordzeeloket