Nieuw onderzoek vergroot inzicht in gevolgen van schip-turbineaanvaringen
Wat gebeurt er als een schip tegen een windturbine aanvaart of -drijft? Dat is de hoofdvraag van een serie onderzoeken binnen het thema Aanvaringen van MOSWOZ. In februari kwam een nieuw onderzoeksrapport uit. “Dit keer zijn ontwerpgegevens van windturbinefundaties op de Noordzee gebruikt”, zegt adviseur nautische veiligheid Carien Droppers van Rijkswaterstaat.
Door menselijke en technische fouten kan een schip een windpark invaren of -drijven. Dat kan tot gevaarlijke situaties leiden voor scheepsbemanning, passagiers of mensen die op het transformatorstation in de buurt werken. Droppers: “Stel een cruiseschip drijft af richting een windpark en raakt een windturbine. Wat gebeurt er dan met de windturbine? Hoeveel risico lopen de passagiers in die situatie? Moeten er zo snel mogelijk duizend mensen worden geëvacueerd of zijn er andere mogelijkheden? Zijn er gevolgen voor het milieu wanneer een schip een deel van de lading verliest? Voor de Kustwacht is dit waardevolle informatie.”
Computermodel voorspelt wat er in theorie gebeurt
Het nieuwe onderzoek (pdf, 3 MB) brengt de waarschijnlijke gevolgen van aanvaringen in beeld. Droppers benadrukt dat het onderzoek niet perfect voorspelt hoe het in het echt gaat. “Een computermodel voorspelt wat er in theorie in verschillende situaties gebeurt. Het geeft aan welk 'bezwijkgedrag' je in de praktijk mag verwachten. Het onderzoeksrapport beschrijft acht mogelijke gevolgschades: van lichte schade tot een windturbine die volledig uit de bodem wordt gevaren. De situatie die het meest voorkomt is een vorm waarbij bodemfalen optreedt en de windturbine richting het schip beweegt. (mp4, 2.2 MB)”
Rekenen met gegevens van echte windturbines
Eerdere onderzoeken gebruikten alleen een modelontwerp van een windturbinefundatie. “Dit keer zijn ontwerpgegevens van windturbinefundaties op de Noordzee gebruikt”, vertelt Droppers. Het computermodel gebruikte deze gegevens om de gevolgen van mogelijke aanvaringen te berekenen. Daarbij werd ook rekening gehouden met de soorten schepen die vaak in de buurt van windparken varen: een kustvaarder, een bevoorradingsschip, een chemicaliëntanker, een cruiseschip en een groot containerschip.
Uitgebreid onderzoek
In het onderzoek zijn bovendien meer details uitgewerkt. Denk aan wat er gebeurt als een schip de windturbine van opzij raakt of wat de invloed is van wind en stroming op hoe de windturbine reageert. Een ander voorbeeld is buckling: een ongecontroleerde, plaatselijke en scherpe verbuiging veroorzaakt door een aanvaring, die de constructie minder stabiel maakt. “Details maken het onderzoek realistischer”, legt Droppers uit. “In de praktijk raakt een schip een windturbine waarschijnlijk niet recht op de boeg doordat de bemanning de aanvaring probeert te voorkomen.”